Stel je voor: je fietst door de stad en opeens moet je uitwijken omdat een auto te snel rijdt. Niet chill, toch? Daarom zijn veel Nederlandse steden bezig met het verlagen van de maximumsnelheid van 50 km/u naar 30 km/u binnen de bebouwde kom. Het doel? De straten veiliger maken voor iedereen, vooral voor voetgangers en fietsers, zoals jij. Met minder snelheid hebben automobilisten meer tijd om te reageren, en als er toch iets fout gaat, is de impact veel kleiner.
Veel steden zoals Amsterdam, Rotterdam en Utrecht hebben dit al ingevoerd of zijn ermee bezig. Waarom? Omdat de kans op een ernstig ongeluk bij 30 km/u veel kleiner is dan bij 50 km/u. En het is niet alleen veiliger, het maakt de stad ook fijner om in rond te lopen of fietsen. Minder hard rijden betekent minder lawaai en schonere lucht – geen slechte deal, toch?
Nou, niet echt. Op de belangrijkste wegen, waar auto's door moeten rijden, blijft 50 km/u vaak de norm. Maar in woonwijken, rond scholen en plekken waar veel mensen te voet of op de fiets zijn, wordt de limiet 30 km/u. Het is vooral bedoeld om de plekken waar mensen samenkomen en bewegen, veilig en leefbaar te houden.
